Presentatie restauratie en rondreis van de Kueklkoare

Op de drempel van de Maand van de Geschiedenis presenteren wij de restauratie en bijzondere reis van de Kueklkoare. 

Benieuwd naar het verhaal rondom de restauratie en de reis van de Kueklkoare en hoe deze er nu uitziet? Kom dan zaterdag 30 september a.s. naar de ‘Koffiehook’ bij het Rijssens Museum. Jaap Schönfeld Wichers, de zoon van Belcampo, is hier ook bij aanwezig.

Programma:
15.40 uur Inloop met koffie/thee
16.00 uur Presentatie van de restauratie van de Kueklkoare door Arend ten Brinke. Gevolgd door dia’s die Karel zelf maakte op zijn reizen met de Kueklkoare.
16.25 uur Bekijken van de gerestaureerde Kueklkoare met een korte uitleg van de restaurateurs.
16.45 uur Overdracht van het beeld van Belcampo en de “hereniging” van de gebroeders Schönfeld Wichers.

 

Aanmelden:

Wilt u deze bijzondere presentatie bijwonen? Meld u aan op info@rijssensmuseum.nl onder vermelding van Kueklkoare. De entree is gratis.

Veel objecten van Karel Schönfeld Wichers in het Rijssens Museum

We hebben veel zaken van Karel Schönfeld Wichers in ons museum: zijn Rijssense woordenboeken, de 3D-fotomachine in de Achterkamer, zijn borstbeeld, maar ook de dia’s die hij maakte op zijn reizen met de Kueklkoare. Deze eerste camper in Nederland is helemaal gerestaureerd door drie vrienden: Lense Bakker, Bram Bruggink en Arend ten Brinke. De Kueklkoare – en zeg vooral geen Kukelkoare, want kuekln is echt heel wat anders dan kukelen – is totaal gerestaureerd en ziet eruit als nieuw.

Meer over de Kueklkoare

De vorig jaar ontdekte serie reisdia’s van Karel Schönfeld Wichers (1901-1992) vertellen het bijzondere verhaal van zijn reis met de Kueklkoare door Europa.

Met zijn voorloper van de camper ging Karel van ’n Notoares in de jaren zestig en zeventig op pad en maakte met veel gevoel voor schoonheid opnames voor zijn boek “Raejsbreewe oet de Kueklkoare”.

In de jaren vijftig ontwierp Karel Schönfeld Wichers de voorloper van de camper, de Kueklkoare, de ‘kakelkar’, een houten opbouw op het onderstel van een kleine Renault-vrachtwagen. Door de extra plekken op het achterbalkon was er plek voor 4 á 5 personen. Hij reisde soms alleen, maar liever met een of meerdere reisgenoten en een aantal keren met ‘de meute, de jongelui, zoals hij ze aanduidt in zijn verhalen. Voor aanvang van de reis ging Karel eerst langs bij de heren van ’n Stoom, de Jutefabriek van ter Horst, om te vragen wie er in aanmerking kwamen om met hem mee te reizen.

Zijn reisverhalen geven een mooi beeld van de jaren vijftig, zestig en begin zeventig. Op zijn reizen bleef hij met een oud stereo-toestel foto’s maken, die hij ook afdrukte in zijn boeken – met een handleiding hoe je de foto’s zodanig moet bekijken dat je er diepte in ziet – en die hij ook graag thuis vertoonde. Gerrit Kraa hierover in zijn artikel in Jaarboek Twente over Schönfeld Wichers: ‘De leu mosn dan kiekn noar twee dezelfde plaatjes en dan mear net zo lange koekeloern tot ze deepte zagen of krek deern asof ze deepte zachn’. Later maakte hij er nog een ‘kiekkaste’ bij, zodat de stereo-dia’s nu nog in het Rijssens Museum bekeken kunnen worden.